De Islamitische Stichting Nederland (ISN) heeft in samenwerking met het Centrum voor Islamitische Theologie (CIT) van de Vrije Universiteit Amsterdam (VU) een paneldiscussie gehouden over de vertaling van islamitische basisbronnen.
De paneldiscussie, met als titel “Restructuring the Meaning in the Translation of Islamic Sources”, vond plaats op donderdag 15 december 2022 in de Agorazaal van de VU. De bijeenkomst werd bijgewoond door Dr. Yaser Ellethy (Directeur Centrum voor Islamitische Theologie (CIT) aan de VU), Prof. Dr. Haluk Songur (Raadsman voor Religieuze Zaken in Den Haag en Hoogleraar Islamitisch Recht), Ahmed Bulut (Specialist Religieuze Vertalingen ISN), diverse academici, vertalers, religieuze bedienaren, studenten en andere geïnteresseerden.
De bijeenkomst begon met een welkomstwoord door Dr. Yaser Ellethy. Vervolgens hield hij een toespraak over de noodzaak van vertalingen en over de valkuilen ervan. Ellethy stond in zijn toespraak stil bij hoe begrippen als al-taʾwīl (“hermeneutiek”) en al-tafsīr (“exegese, Koranuitleg”) zijn begrepen en bij het verband tussen deze begrippen. Ook benadrukte hij het belang van een goed begrip van de Arabische taal, terminologie en cultuur. Hij gaf voorbeelden van vertalingen uit het Arabisch die niet de daadwerkelijke bedoeling van het oorspronkelijke werk weerspiegelen. Ook gaf hij voorbeelden van vertalingen van Koranverzen die niet recht doen aan de betekenis ervan. Ellethy onderstreepte het belang van multidisciplinaire samenwerkingen, en gaf daar enkele voorbeelden van. Tot slot ging Ellethy in op het belang van inzicht in termen uit andere religies die soms worden gebruikt om islamitische termen te vertalen en gaf aan dat woorden die in vertalingen worden gebruikt dikwijls een andere lading hebben dan vertalers hebben voorzien. Daarbij gaf hij het voorbeeld van al-tawḥīd, al-shirk, en al-īmān met mogelijke vertalingen die niet door iedereen begrepen kunnen worden.
Vervolgens kwam Prof. Dr. Haluk Songur aan het woord. Songur gaf aan dat de vertaling van islamitische basisteksten in het Nederlands een langlopend alomvattend project is. Hij vermeldde dat het boek “De Islām in het Licht van Aḥādīth” deel uitmaakt van dat proces. Songur verwoordde de belangrijkste reden en het doel van deze vertalingen met de volgende woorden: “Het is absoluut noodzakelijk dat als degenen die in Nederland wonen toegang willen tot islamitische teksten, zij daadwerkelijk ook toegang krijgen tot die teksten. In dat kader wensen wij een bijdrage te leveren aan de Nederlandse literatuur door islamitische basisbronnen en -werken op een authentieke en betrouwbare manier in het Nederlands te vertalen. Na het boek “De Islām in het Licht van Aḥādīth” zal het vertaalproject “Een Geannoteerde Weergave van de Koran” binnen een jaar worden afgerond en gepubliceerd,” aldus Songur. Hij verklaarde dat vertaalmethoden die worden gebruikt bij vertalingen belangrijk zijn, en benadrukte dat taalkunde (al-lughāwiyyāt), logica (al-manṭiq), dialectiek (al-kalām), methodologie van de islamitische jurisprudentie (uṣūl al-fiqh) en soortgelijke wetenschappen erg belangrijk zijn bij de vertaling van islamitische teksten als de Koran en de aḥādīth. Door middel van voorbeelden liet hij zien dat – in de fiqh-methodologie – woorden in teksten worden geclassificeerd op basis van de mate van hun duidelijkheid, op het punt om de betekenis van een woord in de tekst aan te duiden. Om deze reden benadrukte Songur het belang van een holistische benadering bij het vertalen van teksten. Hij beëindigde zijn toespraak met voorbeelden van foutieve vertalingen.
Nadien sprak Ahmed Bulut de aanwezigen toe. Net als de vorige sprekers ging hij in op het gezegde kullu mutarjimin khāʾinun (“elke vertaler is een verrader”), dat oorspronkelijk uit het Italiaans komt (“traduttore, traditore”). Hij lichtte toe dat dit welllicht een confronterende uitspraak is voor vertalers, maar dat er een kern van waarheid in zit. Immers, vertalen is een menselijke bezigheid, en hoewel er objectieve standaarden zijn waarmee een vertaler werkt, zijn er ook persoonlijke voorkeuren die hij zal laten doorklinken in de vertaling. Hij legde uit dat vertalen gelijkstaat aan keuzes maken. Vervolgens zoomde hij in op de verschillende vertaalstrategieën (letterlijk versus vrij, brontaal- versus doeltaalgeoriënteerd). Belangrijk volgens Bulut is dat een vertaler zijn keuze vooraf vastlegt en zijn methode consistent volgt. “Een vertaler moet op de hoogte zijn van zowel de taalkundige als de idiomatische betekenissen van woorden,” aldus Bulut, die daar enkele voorbeelden van gaf. Ook dienen vertalers volgens hem gevoel te hebben voor metaforen, en voegde daaraan toe: “Ik geef toe dat ik deze in mijn vertalingen soms over het hoofd kan hebben gezien en te letterlijk vertaald kan hebben.” Nadien gaf Bulut voorbeelden van islamitische termen die zijn opgenomen in Van Dale, en stelde de vraag in hoeverre deze woorden als bekend kan worden verondersteld. Vervolgens gaf hij technische informatie over “De Islām in het Licht van Aḥādīth” en lichtte het vertaalproces toe. Nadien ging Bulut in op een aantal punten aangaande de vertaling van de aḥādīth, waaronder op zijn keuze voor het letterlijk vertalen en bewustzijn van traditionele en moderne betekenissen van Arabische woorden.
Tot slot kwam Tolga Çiftçi, oud-masterstudent Spiritual Care aan de VU, aan het woord. Hij reflecteerde op het vertaalde werk “De Islām in het Licht van Aḥādīth” aan de hand van het concept van “semantisch verlies bij het vertalen van heilige teksten”. Çiftçi deed eerder onderzoek naar religieuze vertalingen, en maakte in zijn studie onderscheid tussen “ondervertalen”, “oververtalen” en “misvertalen”. Hij lichtte toe dat vertalers erop moeten toezien dat zij het semantische verlies, dat per definitie optreedt tijdens vertalingen, zo minimaal mogelijk houden.
De sprekers benadrukten het belang van vertalen vanuit verschillende invalshoeken. Vooral op het gebied van methodologie, kennis van en inzicht in de Arabische taal en de benadering van (klassieke) teksten ontstond er een hoge mate van eensgezindheid. Alle vier de sprekers beschouwden het fenomeen vertalen op een gewogen en diepgaande wijze.
Tijdens de paneldiscussie kwamen verschillende onderwerpen rondom religieuze vertalingen ter sprake. Na afloop bedankte Dr. Yaser Ellethy de aanwezigen voor hun bijdrage en sprak zijn wens uit elkaar vaker te treffen tijdens vergelijkbare programma’s. De deelnemers hebben de bijeenkomst ervaren als uitdagend, interactief, leerzaam en intellectueel prikkelend. Gedurende het programma was er een boekenstand aanwezig, waar de Nederlandstalige publicaties van ISN werden getoond. Het programma eindigde met de verstrekking van versnaperingen.